Wie zijn de vernieuwers in de publieke sector? Middenmanagers en frontlijnmedewerkers
Innovatie in de publieke sector komt vaak van onderaf, met middenmanagers en ambtenaren in het veld die de leiding nemen. Politici en senior leiderschap nemen voornamelijk actie in geval van crises en mislukkingen. Ze moeten een strategischere benadering aannemen en bottom-up innovaties beter ondersteunen.
Innovatie in de publieke sector is een complex en veelzijdig fenomeen. In tegenstelling tot de conventionele wijsheid dat innovatie in de publieke sector zeldzaam of niet-bestaand is vanwege bureaucratische beperkingen, afwezigheid van prikkels en een risicomijdende houding, onthult onderzoek dat significante innovatie vaak afkomstig is van middenmanagers en frontlijnmedewerkers.
Weerstand tegen innovatie in de publieke sector
Historisch gezien wordt de publieke sector als resistent tegen innovatie beschouwd. Theorie suggereert dat publieke sector organisaties, typisch monopolies, gebrek hebben aan concurrentiedruk om te innoveren. Daarnaast ontmoedigen stringente regelgevende beperkingen en de publieke controle waar deze organisaties mee te maken hebben verdere innovatieve inspanningen. De afgelopen jaren is er echter een verschuiving geweest. Uitdagingen zoals bezuinigingen en maatschappelijke problemen en kansen zoals technologische vooruitgang hebben publieke sector organisaties gedwongen om innovatie te omarmen, waardoor het verhaal dat de publieke sector inherent afkerig is van verandering, wordt tegengesproken.
De leiders van innovatie
Onderzoek door Sandford Borins benadrukt dat een substantieel deel van de innovaties in de publieke sector afkomstig is van middenmanagers en frontlijnmedewerkers, in plaats van van bovenaf. Dit patroon geldt voor verschillende landen. Bottom-up innovatie, geleid door deze ambtenaren, speelt een cruciale rol in de publieke sector. Deze innovaties komen vaak voort uit individuen die goed bekend zijn met operationele uitdagingen en gemotiveerd zijn om praktische oplossingen te vinden. Deze vernieuwers fungeren als informele leiders die verandering binnen hun organisaties aansturen.
Top-down innovatie
Innovaties kunnen ook politiek gedreven zijn, vooral in reactie op crises of organisatorische ommekeren. Politici leiden vaak innovaties wanneer zij reageren op maatschappelijke druk, en senior leiders handelen in gevallen van zichtbare mislukkingen. Vooral bij nieuw aangesteld senior leiderschap zien we doorgaans dat zij organisatorische ommekeren aansturen door nieuwe visies en prioriteiten te implementeren en een meer proactieve houding ten opzichte van innovatie aan te nemen. Echter, de rol van politici en senior leiders in innovatie is relatief kleiner in vergelijking met de bottom-up initiatieven van middenmanagers en frontlijnmedewerkers.
De rol van senior leiders
Hoewel bottom-up innovatie significant is, kan de rol van senior leiders in het creëren van een ondersteunende omgeving voor dergelijke innovatie niet worden onderschat. Ondersteunend leiderschap vanuit de top is cruciaal in het bevorderen van een organisatorisch klimaat dat bevorderlijk is voor innovatie. Leiders kunnen innovatie ondersteunen door:
Consultatie met personeel: Regelmatige consultaties met personeel kunnen innovatieve ideeën onthullen en een cultuur van openheid bevorderen.
Erkenning van vernieuwers: Formele en informele erkenning kunnen personeel motiveren om innovatieve projecten na te streven.
Bescherming van vernieuwers: Vernieuwers beschermen tegen bureaucratische obstakels en hen voorzien van de nodige middelen en autonomie is van vitaal belang.
Helaas omarmen weinig senior leiders in de publieke sector deze rol actief. In plaats daarvan onderdrukken ze vaak bottom-up innovatie en nemen ze zelf een defensieve houding aan ten opzichte van top-down innovatie.
Conclusie
Het verhaal dat innovatie in de publieke sector schaars of onmogelijk is, is achterhaald. Middenmanagers en frontlijnmedewerkers spelen een cruciale rol in het aansturen van innovatie van onderaf, eventueel ondersteund door senior leiders die een bevorderlijk klimaat voor dergelijke innovatie creëren. Door deze bottom-up initiatieven te erkennen en te bevorderen, kan de publieke sector blijven evolueren en nieuwe uitdagingen met innovatieve oplossingen aangaan.
Toch heeft senior management nog een grotere rol te spelen als veranderaars, zowel door een strategischere perspectief aan te nemen ten aanzien van innovatie, in plaats van voornamelijk te reageren op systeemfouten, als door top-down innovaties gepassioneerder te ondersteunen.